Speelweefsel in Hamme?

27 Mei 2008

De tijd dat gemeenten alleen maar investeerden in mooi afgewerkte speelpleintjes is voorbij. Een groot deel van de Vlaamse gemeenten werkt volop aan de uitbouw van 'speelweefsel'. 'De Morgen' woensdag 21 mei 2008 Als het over openbare ruimte gaat, wordt er door het Hamse bestuur nog te veel in 'hokjes' gedacht: Kinderen spelen bij voorkeur op grote speelterreinen - die soms veraf liggen, de 'jeugd' hoort in het Meulenbroek. Daarom stel ik morgen tijdens de gemeenteraad een vraag over speelweefsel:

Bij Groen! vinden we immers dat de openbare ruimte van iedereen is. We willen meer aandacht voor leef- en ervaringsruimte voor kinderen en jongeren in de gemeente. We willen aandacht voor speelweefsel.

Hier kan je de vraag lezen die ik morgen stel tijdens de gemeenteraad:

Kinderen gaan niet alleen naar school. Ze gaan ook naar de bibliotheek, de sporthal, de muziekschool, de jeugdbeweging? Als je op een plattegrond lijnen trekt om die plekken met elkaar te verbinden, dan zie je het 'speelweefsel'.
Een speelweefsel is dus een samenhangend geheel van plekken en verbindingen die belangrijk zijn voor kinderen en jongeren.

Speelweefsel krijgt tegenwoordig alsmaar meer aandacht. Nog al te vaak worden kinderen en jongeren immers van de straat gehouden. Ook door ze steevast naar hetzelfde wijkspeelpleintje te sturen, gaan heel wat ontplooiingskansen verloren. De weg die kinderen afleggen, de plaats die ze innemen in de openbare ruimte, moet niet alleen veilig zijn, maar kan ook leuk zijn.

Uiteraard is een gemeente, vooral in het centrum, een plaats met auto's, met verkeer. Verkeersveiligheid, sociale veiligheid en veiligheid van infrastructuur zijn belangrijke randvoorwaarden opdat kinderen van de publieke ruimte gebruik zouden kunnen maken. Maar dat gaat vaak ten koste van spelen. Soms worden plaatsen zo ingericht dat jongeren er nadien wegblijven.

Veiligheid en kind- of speelvriendelijkheid hoeven geen tegengestelde begrippen te zijn. Inrichten van een speelweefsel gaat vaak om ingrepen die niet duur hoeven te zijn, en die niet alleen kinderen leuk vinden. Voorbeelden uit de praktijk tonen aan dat de sfeer van een hele gemeente door dit soort ingrepen kan veranderen. Speelweefsel zou je dus ook kunnen omschrijven als 'aangenaam dorps- of stadsweefsel'. Je geeft er als bestuur mee aan dat mensen welkom zijn in je straten en op je pleinen, ook als ze nog jong zijn.

Op 20 mei organiseerde Kind en Samenleving vzw een studiedag over speelweefsel, in de Centrale te Gent. Deze dag kon bijgewoond worden door al wie op lokaal vlak begaan en bezig is met speelweefsel: Burgemeesters en schepenen, diensten ruimtelijke planning, mobiliteit, jeugd, studiebureaus.
De dag werd georganiseerd in samenwerking met Stad Gent, Steunpunt Jeugd, Trage Wegen vzw, Vlaamse Jeugdraad, Vives, VRP (Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning vzw), VVJ (Vereniging Vlaamse Jeugddiensten en Consulenten vzw), VVSG (Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten) en met steun van de Vlaamse overheid.

In dat verband de volgende vragen:
-Heeft vanuit Hamme iemand de studiedag rond speelweefsel bijgewoond?
-Wat is de visie van het college en de schepen van jeugd in het bijzonder op het begrip 'speelweefsel'?
-Wenst men in Hamme te werken aan de uitbouw van een speelweefsel?
-Gaat men bij herinrichting van het centrum ( de Markt, de Meulenbroeksite en de verbinding daartussen ) gebruik maken van deze kans om de principes van speelweefsel zoveel mogelijk toe te passen?